Keramische- of natuursteentegels plaatsen op een oneffen ondergrond

Om esthetische fouten op vloeren en schade aan het tegelwerk te voorkomen, dient de ondergrond vlak te zijn. Een oneffen ondergrond kan het nl. moeilijk maken om een goede vlakheid van de afgewerkte bekleding te verkrijgen. Soms moet je gaten opvullen en oneffenheden in de ondergrond plaatselijk herstellen, wat extra tijd vraag alvorens je de nieuwe bekleding kan aanbrengen. Bovendien zijn sommige natuursteentegels niet gekalibreerd, waardoor er een dikteverschil tussen de tegels onderling opgevangen dient te worden

Technische moeilijkheden

1. Vlakheid afgewerkte bekleding

Bij het aanbrengen van de tegellijm met een getande spaan, vastgehouden in eenzelfde hellingshoek, wordt de mortel in een uniforme dikte op de ondergrond verdeeld. Als de ondergrond echter niet vlak genoeg is, is het moeilijk een afgewerkte vloer te verkrijgen die zich binnen de vlakheidtoleranties bevindt (3 tot 4 mm onder de regel van 2 m)

2. Opvullen van gaten en herstellen oneffenheden

Een klassieke tegellijm kan in het algemeen aangebracht worden in een variërende dikte van 2 tot maximum 10 mm. Plaatselijke oneffenheden tot maximum 10 mm kunnen dan ook met dit type tegellijm uitgevlakt worden.  Plaatselijke gaten en oneffenheden van meer dan 10 mm vereisen daarentegen een opvulling of uitvlakking met een geschikte mortel vóór het verlijmen van de bekleding

3. Heterogeniteit oude ondergronden

In bepaalde gevallen, bvb. bij het plaatsen van tegels op een bestaande betegeling, is het soms mogelijk dat, na onderzoek van de ondergrond, bestaande niet-hechtende tegels verwijderd dienen te worden, met als gevolg dat de aldus ontstane oneffenheden van de ondergrond op hun beurt een geschikte behandeling vereisen

4. Niet-gekalibreerde natuursteen

Sommige natuursteentegels hebben een verschillende dikte. Het dikteverschil kan in de tegel zelf of tussen de tegels onderling optreden. Deze tegels dienen verlijmd te worden met een tegellijm die in een grote, variabele zetdikte aangebracht kan worden, ten einde een goede overdracht tussen de ondergrond en de bekleding te verkrijgen